Frederik Holleman/Patrice Winter – Kasteel Doorwerthstraat

Frederik en zijn partner Patrice bewonen een volledig gerenoveerde woning, die oorspronkelijk in 1965 werd gebouwd. Ze roemen de rust, de ruimte en de sociale cohesie van hun buurt in De Reit.

Frederik kwam vanuit Groningen, waar hij de studie Tandheelkunde volgde, met vier vrienden naar Tilburg. In 1980 begonnen zij een groepspraktijk in een voormalige pastorie in de Koestraat. ‘Tilburg was destijds tandheelkundig gezien een noodgebied. Er was dringende behoefte aan tandartsen. Dat gaf ons een kans en die pastorie konden we voor een schappelijk bedrag kopen.’ Hij woonde eerst in Goirle. Toen werd hij door een vriend getipt dat er huizen gebouwd werden in de Kasteel Doorwerthstraat. ‘De ontwikkelaar had grond verworven die bij de achtertuinen van drie villa’s aan de Bredaseweg behoorde. Het was 1986. Ik was de eerste bewoner van dat rijtje.’

Hij vertelt dat in 1999 zijn echtgenote overleed, de moeder van zijn drie kinderen. Vanuit de huidige woning kijken we naar die ‘historische’ plek zo’n vijftig meter verderop in de straat. Frederiks huidige partner Patrice woont sinds 1992 in de Kasteel Doorwerthstraat, op de plek waar ons gesprek plaatsvindt. ‘Ik had toen al twee kinderen, de derde is hier geboren.’ In 2000 startte ze bij haar woning een B&B. ‘Dat liep vanaf het begin goed. Docenten en gasten van de universiteit, studenten, mensen die op fietsvakantie zijn.’

Frederik en Patrice kenden elkaar al langer en kregen een relatie. Mede omdat ze samen zes kinderen hadden leefden ze nog jaren ieder in hun eigen huis. Toen een deel van de kroost was uitgevlogen kwam het idee van samenwonen dichterbij. ‘Aanvankelijk wilden we beide huizen verkopen en iets anders vinden. We keken eerst hier in de wijk. Naar een Bedaux-huis aan de Hogeschoollaan, maar die straat vonden we te druk. We hebben ook elders in Tilburg gekeken.’

Tijdens de zoektocht kwam de vrijstaande woning van Patrice uit de jaren zestig weer in beeld. ‘We kenden twee architecten die zich hadden gespecialiseerd in het aanpakken van bestaande panden. Ze maakten een maquette en we waren meteen verkocht.’ In dat ontwerp bleef alleen het centrale deel van het huis staan, waaromheen een volledig eigentijdse ‘schil’ verrees. ‘De verbouwing duurde negen maanden en toen huurden we een huis hier in de straat. In 2011 was het klaar en gingen we hier samenwonen.’ Ik kijk om me heen, naar de prettige ruimte-indeling, het licht dat vanuit enkele kanten binnenvalt, het groene uitzicht. Patrice leest mijn gedachten. ‘We wonen hier lekker vrij. Fijn dat groen. Je bent hier zo in de bossen. Dat was met de kinderen ook altijd zo fijn. Toen wij hier kwamen, waren er trouwens veel gezinnen met kinderen. Nu niet meer.’

Frederik, nu tandarts in ruste, bemoeide zich voorheen niet zo met de buurt. ‘Ik ging ‘s morgens vroeg de deur uit en kwam ‘s avonds weer thuis.’ Via de kinderen en Patrice was er wel altijd binding met de buurt. Frederik heeft inmiddels ook meer bedding gevonden. ‘Met vijf mannen gaan we regelmatig naar Het Dorstige Hert. Daar gaan we dan ‘vergaderen’.’ Patrice zit in een club van zo’n 25 vrouwen die met enige regelmaat de weg naar Het Dorstige Hert vindt. ‘Met zes vrouwen hebben we een leesclubje: De Kasteelroman. En eens in de twee jaar is er een buurtbarbecue.’

Patrice runt nog altijd haar B&B, Frederik vult zijn tijd met dingen waaraan hij voorheen nooit toekwam. Hoe ze hun toekomst zien? ‘Als we qua ouderdom hier niet meer kunnen bijven wonen dan verkopen we dit huis en zoeken we bijvoorbeeld een modern appartement. Het liefst hier in de wijk, maar tja, ze zijn hier niet echt voorhanden.’ Frederik wijst naar de overkant van de straat. ‘Zo’n patiowoning is dan eveneens een optie. Maar waarheen we dan ook gaan, we zullen altijd met mensen van hier contact blijven houden. Want het is een fijne en rustige buurt.’

Foto 1: Het vroegere huis
Foto 2: Wat er overbleef van het oude huis
Foto 3: Na de verbouwing
Foto 4: Het huidige aanzicht
Alle foto’s: collectie Holleman/Winter